Ha fijn: verse asperges! Dat geeft meteen een lekker lentegevoel. Maar kies je voor witte of voor groene? En wat ga je ermee doen? Hier vind je een beknopte cursus, plus vijf lekkere menuvariaties. Reken op zo’n 500 gram asperges voor vier personen.
Asperges: schillen of niet?
Moppige, dikke witte asperges zijn – terecht – Hollands glorie. Maar vlak de dunnere groene ook niet uit. De witte zijn lekker romig, de groene wat pittiger van smaak. De simpelste bereidingswijze voor beide is koken. Je kunt de asperges niet zomaar in de pan kieperen; eerst moet je voorbereidingen treffen. Snijd het houtige onderste deel eraf, minstens twee centimeter. Witte asperges kun je het beste ook schillen, gewoon met de dunschiller, vanaf onder het kopje tot helemaal onderaan. Van groene asperges hoef je alleen de dikke exemplaren uit hun jas te helpen.
Niet te lang koken
Koken doe je in een ruime pan al kokend water met zout, waarin de asperges languit kunnen liggen. De witte doen er 10-20 minuten over om beetgaar te worden, afhankelijk van de dikte. Als je er met een vork in prikt moet je wat weerstand voelen, anders kook je ze aan gort. De groene kunnen met ongeveer de helft van de kooktijd toe. Ook die af en toe met de vork prikken om te testen hoe ver ze zijn. Wil je asperges niet meteen opeten maar in een gerecht verwerken, houd dan een kortere kooktijd aan.
5 gerechten met asperges
1. Klassieke witte, met botersaus en ei
De bekendste en simpelste manier om asperges te eten is al zo oud als de weg naar Rome. Kook een paar eieren hard, laat ze afkoelen, pel ze en prak ze fijn. Snipper wat takjes peterselie fijn (zonder de dikke stelen). Laat een flinke klont boter in een pannetje smelten, doe er het eierpraksel, de peterselie, wat nootmuskaat en peper en zout bij. Verdeel de gare asperges over de borden en giet de saus erover.
2. Kleine groene, met risotto en Parmezaan
Maak de risotto (met arborio-rijst) als op de verpakking aangegeven, maar vervang een deel van het vocht door witte wijn en knijp er een knoflookteentje boven uit. Doe er op het laatst een paar eetlepels crème fraîche bij. Roer alles goed om, meng de voorgekookte en in stukken gesneden groene asperges erdoor en versier met wat krullen Parmezaan.
3. Ontbijt: in de oven, met ei en bacon
Lekker als ontbijt! Wat in reepjes gesneden plakjes bacon uitbakken in de koekenpan, een paar eetlepels mascarpone erbij, wat peper er overheen en de voorgekookte in stukken gesneden asperges toevoegen. De oven voorverwarmen op 170 graden. Vier ovenschaaltjes invetten met olijfolie, het aspergemengsel erover verdelen, bestrooien met geraspte kaas en boven elk bakje een ei breken. In het midden van de oven zetten tot het eiwit gestold maar de dooier nog vloeibaar is.
4. In een bladerdeegjasje, met gerookte zalm
De oven moet nu op 180 graden voorverwarmd worden. Snijd strookjes van het ontdooide bladerdeeg en snijd de zalm in reepjes. Leg een asperge op een reepje zalm, wikkel er schuin omhoog een strookje bladerdeeg omheen (zoals bij een guirlande) en bestrijk de rolletjes met eiwit. Op een ingevette bakplaat in 20 minuten goudbruin bakken.
5. In de wok, met kipsnippers
Beetje oosters tintje, ook heel lekker. Snijd twee kipfilets in reepjes en laat ze een half uurtje marineren in een mengsel van vier eetlepels ketjap met twee uitgeperste knoflooktenen, wat gemberpoeder, een likje sambal en een kneepje citroensap. Rooster intussen wat amandelschaafsel in een droge koekenpan goudbruin. Wok de kipreepjes in een paar minuten in de hete olie, doe er op het laatst de in stukken gesneden asperges bij, roer om en verdeel over de borden. Bestrooi met het amandelschaafsel.
