Fladderende vlinders in je tuin: een vrolijk gezicht om die mooi gekleurde insecten tussen je eigen planten te zien vliegen. Zou je er graag meer naar je tuin willen lokken? Met deze tips moet dat lukken!
Lees ook:
Zo bouw je een insectenhotel
Meer vlinders
Planten
Eten! Eten! Dat is waar een rondvliegende vlinder meestal naar op zoek is. Zorg dus dat je planten hebt die veel nectar geven – meestal hebben die een zonnige standplaats nodig. Zoals paarse lavendel (favoriet bij het icarusblauwtje, het koolwitje, de atalanta en de koninginnenpage), witte margriet (populair bij het boomblauwtje, de kleine vuurvlinder en de dagpauwoog) en – natuurlijk – de blauw-paarse vlinderstruik. Dit is een grote publiekstrekker: daar komen het groot koolwitje, het landkaartje, de gehakkelde aurelia, de citroenvlinder en de koninginnenpage op af. Andere planten waar vlinders gek op zijn: het gele jakobskruiskruid, koninginnekruid, aster, duizendblad, korenbloem, vlambloem (phlox) en salie.
Beschutte plekjes
Vlinders komen graag in tuinen waar veel afwisseling is: bomen, struiken, hoge en lage planten, kruiden en gazon. Hoogteverschil in je beplanting zorgt ervoor dat je tuin een herkenningspunt en uitkijkpost wordt voor ze. Verder houden vlinders van beschutting. Als het koud is, houden ze zich graag schuil op een beschutte plek. Wordt het echt warm, dan vertoeven ze liever in de schaduw. Een haag is heerlijk voor de bonte insectjes: hier kunnen ze lekker warm worden uit de wind én in de zon.
Niet opruimen!
Een opgeruimde tuin is voor het oog misschien wel prettig, maar vlinders houden wel van een beetje rommel. Vooral in de winter hebben ze er baat bij als je de boel niet te netjes maakt. Want tussen de afvalhoopjes en dorre bladeren kunnen eitjes, rupsen en poppen overleven. En zijn er planten uitgebloeid in je tuin? Laat ze lekker staan. Veel insecten, dus ook vlinders, gebruiken deze plek om te overwinteren. Wil je van onkruid af? Bestrijdingsmiddelen zijn echt een no-go. Die doden behalve vlinders en rupsen ook andere nuttige dieren, zoals lieveheersbeestjes en bijen.
Vlinderhuisje
Heb je geen tuin, maar wil je toch vlinders in de buurt? Zelfs naar een klein balkon, stadstuin of een paar bloembakken op een terras zijn ze te lokken. Mocht het met de bovengenoemde planten niet lukken, dan kun je altijd nog een vlinderhuisje ophangen. Daarmee bied je vlinders een plek waar ze ’s nachts en in de winter veilig en beschut kunnen rusten. Maar… hoe herken je vlinders in je tuin eigenlijk?
Lees ook:
Zo bouw je een insectenhotel
