Wentelteefjes, ken jij ze nog? Het is een oeroud Hollands nagerecht zoals misschien je (over)grootmoeder al maakte van oud brood dat anders zou worden weggegooid. Ze zijn weer helemaal terug, want weggooien is niet langer van deze tijd! Maar hoe moet het ook alweer?
Wentelteefjes = verloren brood
‘Pain perdu’ heet het in het Frans en dat betekent zoveel als ‘verloren brood’: oud brood dat je zou weggooien als je er bijvoorbeeld geen paneermeel van zou maken of het niet aan je huisdieren zou voeren. Mooi niet, want oud brood kan heel lekker zijn.
Dat wisten ze eeuwen geleden al. Zo staat pain perdu al als ‘aliter dulcia’ (wat ‘ander zoet dessert’ betekent) beschreven in de Apicius: een verzameling Latijnse recepten uit de 4e/5e eeuw. In Frankrijk was het de meesterkok Taillevent die er in de 14e eeuw goede sier mee maakte aan het hof. Daar deed men niet aan oud brood, dat werd wél weggegooid. Dachten ze. Taillevent wist wel beter. Hij vond er een heerlijk dessert mee uit en noemde het ‘tostées dorées’ (goudbruine toast), anders had iedereen er zijn neus voor opgehaald. Het werd een hit.
Verwenbrood
Terecht, want wentelteefjes zoals wij ze noemen, zijn verrukkelijk en je kunt er eindeloos mee variëren. Evengoed blijft het een rare naam, wentelteefje. Het kan zijn dat het een verwijzing is naar een bakvorm die ze vroeger gebruikten en die een ‘teef’ werd genoemd. Waarschijnlijker heeft het te maken met het omwentelen van de sneden brood, eerst in een papje, daarna in de koekenpan: ‘wentel-’t-eventjes’. Het kookboek ‘De volmaakte Hollandsche keukenmeid’ uit de 18e eeuw heeft het over ‘gewend brood’. Misschien moeten we het gewoon maar verwenbrood noemen.
Voor elk seizoen
Onderstaand recept past perfect bij de tijd van het jaar. Maar met het verstrijken van de seizoenen maak je je wentelteefjes net zo makkelijk met aardbeien, frambozen, morilles, verse vijgen, bananenschijfjes, verse druiven, chocopasta, honing, een lepel confiture naar keuze of een dikke klodder slagroom. Met kaas, ham, spekjes of gewoon niks extra’s kan natuurlijk ook.
Ingrediënten voor wentelteefjes:
- 30 cl volle melk
- 4 dikke sneden stevig brood (pain de campagne)
- 100 gram gewelde rozijnen
- ½ dl zoete witte wijn
- ½ theelepel kaneel
- 1 zakje vanillesuiker
- 10 gram kristalsuiker
- 3 eieren
- snufje zout
- klont boter, scheut olijfolie
Stap 1
Doe de wijn met de helft van de vanillesuiker en de kaneel in een pannetje en laat op laag vuur warm worden. Meng de rozijnen er doorheen en draai het vuur uit. Laat de rozijnen wellen tot ze aan de beurt zijn.
Stap 2
Klop de eieren samen met de rest van de vanillesuiker en een snufje zout los in een kom. Mix er beetje bij beetje de melk doorheen.
Stap 3
Leg de sneden brood in een ondiepe schaal of op een groot bord en giet het mengsel er voor de helft overheen. Draai de sneden voorzichtig om (bijvoorbeeld met een spatel) en giet de rest van het mengsel er overheen. Laat de sneden even weken, maar niet te lang, anders vallen ze uit elkaar.
Stap 3
Laat intussen het boter/oliemengsel heet worden in een grote koekenpan. Haal de sneden brood uit de schaal en bak ze aan beide zijden goudbruin.
Stap 4
Laat intussen de rozijnen in hun pannetje nog even opwarmen.
Stap 5
Verdeel de wentelteefjes over de borden, schep de rozijnen erover en schep wat van het wijnkookvocht mee. Bestrooi tot slot met wat kristalsuiker.
Warm serveren.
Lees ook:
6 variaties op de appeltaart
