Het ‘heerlijk avondje’ nadert. Vier jij Sinterklaas dit jaar? Voor wie een Sinterklaasgedicht wil maken en hier moeite mee heeft, geeft Blijtijds vijf gouden dichttips. Want, ‘De Sint zat eens te denken, wat hij jou dit jaar zou schenken’, dat kan echt niet meer…
Zo maak je een goed Sinterklaasgedicht
1. Hobby’s, stommiteiten en mijlpalen
Voordat je begint, is het fijn om alvast te weten waarover je gaat dichten. Anders loop je na drie regels geheid vast. Maak een woordenweb met woorden die je direct doen denken aan de persoon waar het gedicht voor is. Welke hobby’s, stommiteiten of mijlpalen heeft je getrokken lootje dit jaar meegemaakt? Verwerk dit allemaal in je Sinterklaasgedicht: Origineel en boeiend om naar te luisteren.
2. Kop en staart
Als je dan grotendeels de inhoud en vorm hebt bepaald, denk dan na over een krachtige kop en staart. Een handige vorm om aan te houden: begin over Sint en zijn Pieten, maak daarmee een bruggetje naar het middenstuk en eindig met een hint naar het cadeau.
3. Rijmschema
Er zijn legio rijmschema’s, misschien ken je ze nog wel van de Nederlandse les. Houd het voor een Sinterklaasgedicht lekker simpel:
– a-a-b-b
Een strofe met zinnen die eindigen op de woorden (paard-staart-been-meteen), waarbij de laatste woorden van de eerste twee op elkaar rijmen en de laatste woorden van de laatste twee regels, heet een gepaard rijm.
-a-b-a-b
Een strofe met zinnen waarbij de laatste woorden van de eerste en derde regel en de laatste woorden van de tweede en vierde regel rijmen (paard-been-start-meteen), heet een gekruist rijm.
3. Lachen, gieren brullen!
Laat alle regeltjes los en voeg wat humor toe. In een Sinterklaasgedicht krijg je de ruimte om te overdrijven, te misleiden, uit te lokken of iemand juist extra de hemel in te prijzen. Maak gebruik van dichterlijke vrijheid: Rijmt er écht niks op die ene leuke regel? Vervorm het rijmwoord dan zo dat iedereen snapt wat er mee bedoeld wordt. Lachen, gieren, brullen!
4. Lees het gedicht hardop voor
Is je Sinterklaasgedicht af? Lees het dan nog even hardop voor. Zo ontdek je snel of er nog zinnen zijn die niet zo lekker lopen. Soms ligt het ook aan de kleur of de grootte van de letters of zorgt de regelafstand ervoor dat het minder goed leesbaar is. O, en voor alle digitale dichtpieten onder ons: Sla je Word-bestand nooit op met de naam van je getrokken lootje in het bestandsnaam… Die moet natuurlijk strikt geheim blijven!
Lees ook:
Wat doet volle maan met ons